Eddy Bellegueulle

Afgelopen week zag ik op VPRO boeken een mooi interview met Edouard Louis die een nieuw boek had geschreven, dit keer over zijn vader met de titel Zij hebben mijn vader vermoord. Eerder had ik al gelezen, Weg met Eddy Bellegueule en Geschiedenis van geweld. De boeken gaan over een getalenteerde homoseksuele jongen die opgroeit in een gewelddadig arbeidersgezin in Noord-Frankrijk en daar uit weet te ontsnappen. Het gaat over mensen die door politici de meest vreselijke benamingen over zich krijgen heen gestort (Hillary Clinton, deplorables, Rutte, tuig, Macron….). Tien jaar na zijn debuut gaat Louis terug naar zijn vader die hij jaren niet heeft gezien en treft een amper 50 jarige,versleten man aan die desondanks niet klaagt. Louis probeert in contact te komen met deze vader die hij zijn hele jeugd heeft verafschuwt maar waar hij, volwassen geworden, begrip voor op kan brengen. En dat niet alleen, uit het interview begreep ik dat de roman gezien moet worden als een politiek statement. Over deze mensen wordt nooit geschreven, er wordt niet naar ze omgekomen, ze leven allemaal hun uitzichtloze leven. Deze man wil Louis een gezicht geven.

Aan dit interview moest ik denken toen ik afgelopen week aan de tweede serie Making a murderer begon. In 2015 verscheen de eerste serie over een man die ten onrecht wordt verdacht van een moord op een vrouw uit het dorp (nadat hij eerder ook al onschuldig bleek en door een onterecht veroordeling 35 miljoen dollar van de staat eiste). Dit gezin Avery, vader, moeder en drie zonen, zou je kunnen omschrijven als de onderkant van de maatschappij, of nog beter, de underdog. Een grote autosloperij, veel drankgebruik, grof taalgebruik, maar hoe langer je dat gezin volgt hoe meer sympathie je krijgt voor ze. Daarentegen krijg je steeds meer afschuw van de aanklager Ken Kratz, waarvan je steeds meer vermoeden krijgt dat hij een vuil spel speelt omdat hij gewoon wil dat Steven Avery de dader is (en de staat onder die 35 miljoen uitkomt). Het is de eerste serie al duidelijk dat het bewijsmateriaal bewust is gedeponeerd op het terrein van de familie Avery. De advocaten krijgen het bewijs niet rond en Avery blijft vastzitten.

De tweede serie begint als in 2015 Steven een nieuwe advocaat weet te strikken, de beroemde Kathleen Zellner, de vrouw die al zestien onterechte veroordelingen ongedaan weet te maken. Het is fascinerend om haar scherpe, analytische brein aan het werk te zien. Ze weet al het bewijs een andere wending te geven en aan te tonen dat de politie heel veel fouten heeft gemaakt. Volgens mij kan geen CSI tegen deze vrouw op. Alleen al het feit dat ze het opneemt voor de underdog  (verwijt aan haar is dat ze nog beroemder wil worden door de serie) maakt haar voor veel mensen een heldin. Niet alleen Amerika, maar mensen over de hele wereld volgen deze zaak. Er schijnt ook nog een vervolg te komen, maar eerst maar eens serie twee afmaken.