Boekenclub

We waren allemaal enthousiast over Helder van Carys Davies, recentelijk genomineerd voor de Europese Literatuurprijs 2025. Ook De parel van John Steinbeck viel in goede aarde. De voorstellen voor de volgende boekenclub waren Geoff Dyer Huiswerk, Hisham Matar Vrienden (over ballingschap), Tom Lanoye Rein Aard, schelmenroman (her vertelling va het beroemde boek Reinaert de Vos), maar het wordt uiteindelijk Georg Eliot Middlemarch, recentelijk besproken in de Volkskrant door Joost de Vries, omdat het een boekenclub boek is van de VK.

Andere titels die voorbijkwamen: Ruimte maken voor het andere, Het denken van Marjan Slob, Bart van Loo, Stoute schoenen, John Steinbeck Druiven der gramschap (misschien nog een keer een boekenclub boek), Thomas Heerma van Voss, De prullenmand heeft veel plezier van mij (12 oude interviews met schrijvers uit de Revisor), Thomas Rosenboom, Gewassen vlees, Ta-Nehisi Coates Tussen de wereld en mij (als alternatief van Chimamanda Ngosi Adichi als je echt wil voelen wat het betekent om zwart te zijn), Roger Martin du Gard Luitenant kolonel de Meaumort, Geert Mak, Paul Auster Baumgartner, De wisselwachter en Rodaan al Galidi, Hoe ik talent voor het leven kreeg (als alternatief van Hisham Matar Vrienden.

De volgende twee boeken vind ik boekenclubwaardig, ze hebben allebei grote indruk op me gemaakt.

Tussen de wereld en mij’ is een lange brief van Ta-Nehisi Coates aan zijn vijftienjarige zoon, waarin hij beschrijft hoe het is om als zwarte jongen op te groeien in Amerika. Een Amerika dat zichzelf voorhoudt dat raciale tegenstellingen tot het verleden behoren, maar waar aanhoudende gewelddadige incidenten tegen de zwarte bevolkingsgroep een andere werkelijkheid laten zien.

Coates maakt pijnlijk duidelijk hoezeer racisme in de Amerikaanse cultuur zit verankerd en dat gewelddadige uitspattingen geen toevallige incidenten zijn, maar voortkomen uit scheve machtsverhoudingen en diepgewortelde maatschappelijke noties. Hij kijkt vanuit een historisch perspectief en beschrijft hoe raciale gedachten door de eeuwen heen zijn geëvolueerd. Volgens Coates is racisme vooral een fysieke ervaring, waarbij de lijfelijke dreiging tegen ‘black bodies’ telkens een andere vorm aanneemt: van slavernij en opsluiting tot buitensporig politiegeweld. Hij neemt de lezer aan de hand mee door zijn leven. Daarbij probeert hij één vraag te beantwoorden: is het in Amerika mogelijk om geweldloos in een zwart lichaam te leven

Een betoverende roman over de ervaringen van een asielzoeker met een onbarmhartig regime: polderbureaucratie zo taai als klei. Al Galidi houdt ons een spiegel voor. Een spiegel waar we niet van mogen wegkijken.’ ADRIAAN VAN DIS

Semmier Kariem vlucht uit Irak. Zeven jaar van honger, verdwalen en angst later landt hij op elf februari om negen uur – of was het om elf uur op negen februari – op Schiphol. In de chaos van die eerste dagen in Nederland kan hij zich het precieze tijdstip niet meer herinneren. Hij vraagt asiel aan. Wat hij niet weet is dat hiermee het langste wachten van zijn leven begint, in het asielzoekerscentrum, een wachtkamer die hij deelt met vijfhonderd anderen. Intussen bestudeert Semmier het land waarvan hij misschien ooit deel mag uitmaken, maar ook al verblijft hij er nu, hij blijft een buitenstaander. Hoe ik talent voor het leven kreeg is een roman over mensen die zijn onderworpen aan wetten en regels. Allemaal wachten ze, vaak jarenlang, tot hun leven opnieuw kan beginnen, en dat doen ze op hun eigen manier – de een al wat lijdzamer dan de ander.

‘”Het AZC,” schrijft Al Galidi, “is een graf waarin de tijd van een paar honderd mensen begraven ligt.” Voor dat graf richtte hij een aangrijpend monument op, dat tegelijk een aanklacht en een spiegel is. Ik schaamde me voor wat ik erin zag.’ TOMMY WIERINGA