• Hallo, en welkom op mijn website

    Hallo, en welkom op mijn website

    Ik geef hier boekentips, deel zinvolle informatie met mede pensionado's en je kunt meer lezen over mijn boek "Tijd van Onschuld"

Ik ben gisteren weer begonnen aan een boek waar ik halverwege in was gestopt, het vuistdikke Het ijzig Hart van Almudena Grandes (2010)Een lezer in mijn omgeving was er helemaal weg van en omdat ik van 1982 tot 1987 Spaans studeerde interesseert het thema mij meer dan gemiddeld. Het ijzig hart gaat over de gevolgen van de Spaanse Burgeroorlog in de levens van de twee gezinnen die met elkaar zijn verweven. Daarover schrijven was lang taboe, maar er is een nieuwe generatie Spaanse schrijvers die in het verleden is gedoken van deze traumatische periode van de Spaanse geschiedenis.

Grandes schrijft prachtig, heeft zich grondig verdiept in de geschiedenis (veel gebeurtenissen in het boek zijn gebaseerd op waargebeurde dingen), ze weet heden en verleden op een mooie manier door elkaar te vlechten en toch zijn er een paar dingen die me storen in haar boek. Zo treedt ze vaak op als alwetende verteller die een personage waarschuwt dat hem/haar iets vreselijks gaat overkomen …..hij wist nog niet…zij had niet kunnen weten dat binnenkort…. Dat haalt de vaart uit een boek. Ook de liefdesgeschiedenis van de hoofdpersoon, die na de dood van zijn vader op zoek gaat naar zijn verleden, met de jonge minnares van zijn vader, die als teruggekeerde balling uit Frankrijk wel alles weet van haar familiegeschiedenis haalt de vaart uit het verhaal.

Toen ik het halverwege had weggelegd bleek ik het toch niet van me af te kunnen zetten omdat je wilt weten hoe gebeurtenissen zich gaan ontwikkelen. Dat betekent dat Grandes toch een geweldige verhalenverteller is. Recentelijk las ik ook van Bernardo Atxaga De zoon van de accordeonist (2005). Ook een prachtig boek met hetzelfde thema dat zich afspeelt in Baskenland. En ook hier een minpuntje wat betreft het verknopen van heden en verleden. Ik had het al weggelegd, ging op advies van een lezer toch door en werd rijkelijk beloond. Misschien zou een goede redacteur wonderen kunnen verrichten, daar schijnt de laatste decennia flink op te worden bezuinigd.

Read more

Dertien juni was mijn laatste werkdag op de bibliotheek, veertien juni begon ik in de tweedehandskledingwinkel Pinokkio. Oorspronkelijk opgezet als tweedehands kinderwinkel kwam ik daar al vanaf het eerste moment dat ik in Alkmaar ging wonen. Later kwam daar ook kleding voor volwassenen bij, waar ik ook dankbaar gebruik van maakte. Omdat ik bij Linda, de eigenaresse had aangegeven  dat ik daar graag wilde werken na mijn pensioen kon ik vanwege drukte op vrijdag vanwege de kaasmarkt meteen aan de slag.

Nergens is zo´n uitgebreid netwerk van tweedehands winkels als in Nederland en dat heeft alles te maken met onze welvaart. Omdat ik op de vrijdag werkte als de Alkmaarse kaasmarkt veel buitenlanders trekt, kon ik mijn talen weer eens oefenen. Meer dan de helft van de klanten waren Duitsers, Italianen, Fransen, Spanjaarden, Zuid-Afrikanen en Britten. We kregen veel complimenten vanwege de kwaliteit van de kleding, vaak met de kaartjes er nog aan. Dat werd allemaal weggedaan?

Nu is het winter is zijn er geen toeristen en zitten we met smart te wachten op de kaasmarkt. Onze klanten zijn mensen die meer kleren inbrengen (daar 35% over vangen als het verkocht wordt) dan ze kopen. Overal is het uitverkoop en dan is het lastig concurreren. Voeg daar de kringloopwinkels aan toe en je moet echt onderscheidend zijn om het te redden in deze markt. Pinokkio onderscheidt zich door het houten speelgoed (een magneet voor vooral mannen!), de mooie etalages, met o.a. een elfendeurtje en als onderdeel van eerlijkwinkelen.nl.  Linda heeft de winkel even voor tien dagen dicht gegooid en kan even genieten van een fijne vakantie. Ik heb even tijd voor andere dingen op vrijdag.

(3) Elfendeurtjes

PS Mensen die mijn boek Tijd van onschuld hebben gelezen weten dat ik een paar zomers als kaasmeisje heb gewerkt in Duitsland. Ik lijk ook een beetje op het meisje van de foto. Je moest lange vlechten hebben en je talen spreken. Er was een strenge selectie want het verdiende heel veel voor die tijd (100 gulden per dag).

Read more

Op advies van een veellezer die ik op mijn boekenafdeling tegenkwam ben ik toch gisteravond begonnen aan Judas; een familiekroniek van Astrid Holleeder. In principe ben ik niet geïnteresseerd in een dergelijk boek omdat er al zoveel over bekend. Na een avond lezen vond ik het wel weer genoeg, maar er zijn wel een aantal overeenkomsten met het boek dat ik vorige week las.

De verwoestende uitwerking op een leven van verraad door een persoon die je het meeste na staat. In het boek van Stegner, De fundamenten van ons leven, is er ook sprake van verraad tussen de echtelieden (de vrouw, niet de man!!) en de weerklank daarvan in de rest van hun huwelijk dat nog veertig jaar duurde omdat scheiden geen optie was. Bij Astrid Holleeder zie je ook de worsteling van een zus die haar broer niet wil verraden vanwege de loyaliteit die de familie vereist. Omdat de dreiging ook haar leven aantast, kan ze op een gegeven moment niet anders.

Of mensen nog met elkaar door kunnen hangt vaak samen met de omvang van het verraad. Het boek van Stegner is gebaseerd op het de briefwisseling van de destijds vrij beroemde illustratrice en schrijfster Mary Hallock Foote met een vriendin. Daarin wordt gewag gemaakt van een aanbidder, zonder dat er van een verhouding sprake was. Maar overspel in de geest was rond die tijd net zo erg als echt overspel. Dat beide vrouwen  door die worsteling ook de behoefte hebben daarover te schrijven lijkt me ook een overeenkomst.

Maar ik laat Astrid worstelen met haar broer en ga morgen verder in Quadriga; een eindspel van F. Springer, over een journalist die in 1998 een werkbezoek brengt aan Oost-Berlijn en daar als een blok valt voor de gids die hem begeleidt. Ik heb meer zin in de heerlijk lichte toon, de humor en de melancholie van Springer dan in de beklemming van een boek als Judas.

Read more

Af en toe heb ik veel zin in een dik boek, vooral in de winter. Degene die ik nu bijna uit heb heeft over de 700 pagina’s en voldoet ook aan een andere voorwaarde, namelijk dat het een aantal sombere weken een andere kleur geeft. Het boek werd al in 1971 geschreven, kreeg de Pulitzerprijs voor Literatuur en werd in 1998 opgenomen in de lijst 100 beste Engelstalige boeken van de twintigste eeuw. Ik heb het over Wallace Stegner De fundamenten van ons leven.

Bij de recensies kwam ik verschillende keren het woord saai tegen, een woord dat ik absoluut niet kon rijmen met dit boek, waarin een gepensioneerde hoogleraar met een botziekte in het huis van zijn grootouders haar leven reconstrueert aan de hand van haar brieven. Het boek speelt zich af in de tweede helft van de 19e eeuw als de grootmoeder (een quaker van de Oostkust met goed opleiding) haar man (ingenieur) volgt naar het ‘wilde westen’ om daar een aantal mijnen in kaart te brengen en te ontginnen.

Voor mij was het vooral een boek over de botsing tussen twee werelden, de stad en het platteland die nog steeds een rol speelt. De grootvader, goudeerlijk, delft het onderspit in de strijd om geld en aanzien (patenten niet aanvragen op uitvindingen), zij eindigt teleurgesteld (ondanks een succesvolle carrière als tekenaar en schrijfster over de wereld waarin ze belandt) over de status die ze zoekt maar die niet komt. Elke keer weer teleurstelling op teleurstelling, maar opgeven is geen optie. Ik heb er van genoten. Dat de kleinzoon tussendoor ook nog wat over zijn frustraties in het leven wil ventileren, heb ik maar op de koop toegenomen.

Read more

Ik heb twee Millenial kinderen, een van 1989 en een van 1987. Millenials zijn geboren tussen 1980 en 2000. Recentelijk verscheen er een heel interessant artikel in de Groene over Millenialkapitalisme van Casper Thomas. Die bespreekt het recentelijk verschenen boek Kids these days; human capital and the making of millenials, van Malcolm Harris. Ook noemt hij het Global Wealth Report 2017 van Credit Suisse waarin wordt gesproken over “the unlucky millenials”.

Van Aik Kramer en Emma Westerman verscheen in oktober 2017 Het millenial Manifest

Heel veel interessante feiten worden vermeld. De laatste 20 jaar is het aantal gewerkte uren toegenomen met 16%, onder de 34 heeft 1/3e een flexbaan, millenials zijn de eerste generatie die armer is dan de vorige, ze zijn beter geschoold en werken harder, ze hebben geen toegang tot de woningmarkt die geëxplodeerd is, ze gaan minder uit en gebruiken minder drugs en drank, ze betalen te veel premie voor de opbouw die daar tegenover staat. Dat laatste ook doordat de veranderende demografie dit de kleinste groep ooit is, waardoor ook nog eens generatiegenoten concurrenten worden. Met andere woorden, het is de meest uitgeknepen groep.

In het industrieel tijdperk was fysiek en monetair kapitaal het belangrijkste, dat is nu menselijk kapitaal. Door de crisis van 2008 en een haperende groei proberen bedrijven nu meer winst te maken door zoveel mogelijk opbrengst te persen uit een werknemer tegen zo min mogelijk kosten. Jongeren geven hun arbeid bijna gratis weg. Dat zie ik ook om me heen, o.a. de niet betaalde stages en werkervaringsplekken. Overal klinkt nu de roep om hogere lonen.

Mijn jongste zoon (copywriter) houdt het hier voor gezien na een aantal teleurstellende ervaringen; kamertjes van 12 vierkante meter voor 600 euro, werk waarin je 24/7 beschikbaar moet zijn, bureaucratische hindernissen als je ZZP-er. Hij probeert het als digitale nomade in Vietnam. Omdat het leven daar veel goedkoper is zal het makkelijker zijn om te overleven zonder dat je bij je ouders of de bijstand hoeft aan te kloppen. Malcolm Harris heeft het in zijn boek over het gevoel “geboren te zijn in gevangenschap”. Ik vind het een goed idee om dat gevoel zo lang mogelijk uit te stellen zolang je nog geen vrouw en kinderen hebt. Hoorde dat diverse bladen als Zin deze maand aandacht besteden aan de digitale nomade. Ik kwam er twee jaar geleden een paar tegen op Ibiza, hun leger zal alleen maar groeien als er niets verandert in het millenialkapitalisme.

 

Read more

Ik heb natuurlijk met grote interesse de serie op televisie gevolgd van de VPRO over de kringloopwinkel. Vijf! avonden lang van drie kwartier met elke keer een ander thema. De nieuwe marktplaats noemt de VPRO het, waarin mensen van alle gezindten en achtergronden  elkaar weer kunnen ontmoeten. Ik zou vijf jaar geleden nog gezegd hebben dat dat de bibliotheek is, maar door de bezuinigingen en de keuze’s die gemaakt moeten worden is dat niet meer het geval. Ik bevind me dus net als toen ik jong was en op een echt markt werkte, daarna in de bibliotheek en nu weer in de kringloop in het hart van de samenleving. Ik heb nooit van bubbels gehouden, dat vernauwt je blik veel te veel.

Ik moet toch ook nog een paar kanttekeningen maken bij  de serie. Er werd bijvoorbeeld niet goed uitgelegd dat er een groot verschil is tussen commerciële en niet commerciële kringloopwinkels, en de kringloopwinkels die door de gemeenten zijn opgezet om mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt aan het werk te zetten. De kringloopwinkel waar ik werk is bijvoorbeeld niet commercieel en werkt met vrijwilligers. Dat had beter gekund.

Een ander minpuntje vond ik de veiling bij de kringloop in Naarden. De medewerkers halen bij de kunstinbreng de parels er vast uit, die dan vervolgens geveild worden. Dan is het dus weer iets voor mensen met geld. Die parels moet je er juist in laten zitten zodat ook gewone mensen op een schat kunnen stuiten. Het argument van de handelaar die alles wegmaait voor de voeten van anderen neem ik op de koop toe.

De grootste teleurstelling wachtte de kijker in de laatste aflevering waarin de efficiency medewerker zijn intrede doet. Doordat er geen aanbod meer is door de Participatiewet (als werkloze niet meer kunnen werken als vrijwilliger, maar alleen betaald werk mogen doen), moest nu het werk in de kringloop met minder mensen (en meer aanbod) gedaan worden. Dus nu moet het werk gestructureerd worden. Als iets zich niet leent voor een efficiency slag is het de kringloopwinkel.

Verder was de serie vooral een spiegel waarin we met plaatsvervangende schaamte konden kijken. Hoeveel spullen heeft een mens nodig? Ik heb ook al zo veel dingen in mijn handen gehad waar de kaartjes nog aan hangen. En wat kregen we een mooi portret van een gevluchte Syriër met een top baan in Dubai, die na twee jaar nu weer een mooie baan had in Nederland. Hij had twee jaar bij de kringloop gewerkt en ging afscheid nemen. Hij was heel blij met zijn nieuwe huis en zijn mooie baan, maar diep in zijn hart miste hij ook zijn collega’s bij de kringloop, die saamhorigheid, hulp en steun die hij ontvangen had. Dat zal in de modewereld waar hij nu weer in zat waarschijnlijk heel anders zijn. Dat was ook wel een mooie afsluiting van de serie, mensen moeten solidair zijn met elkaar, ongeacht afkomst en opleiding. Want diep in hun hart willen mensen allemaal hetzelfde, een beetje  liefde, wat aandacht en gezelligheid. dan heb je al heel wat.

 

Read more

Afgelopen feestdagen weer veel in de trein gezeten, de ideale gelegenheid om te lezen. Ik kreeg van de Groene, een heel leuk boekje: De negentien boeken die ons boos maakten. Essay’s van de medewerkers van De Groene samengesteld door Joost de Vries (Clausewitz en De republiek). Op de kaft staat het hoofd van Houellebecq, een schrijver waar ik het meeste werk wel van gelezen heb en die me juist niet boos maar vrolijk maakt. Dit boekje is al de derde in een reeks: De twintig boeken die ons denken veranderden (2015) en De 21 romans die onze blik veranderden (2016).

 

Een groot deel van de commentaren op de besproken schrijvers is een groot feest van herkenning. Nabokov‘s Lolita, Foudraine’s Wie is van hout, Buikhuisen‘s Kriminilogie in biosociaal perspectief, Houellebecq‘s Platforme, van der Heijden‘s Grijs verleden, maar er zaten er ook een paar bij die ik tot mijn schande niet kende. Allemaal Amerikaanse titels trouwens, Allan Bloom‘s The closing of the American mind (een aanklacht op de academische cultuur in Amerika), Charles Murray’s The bell curve (over de erfelijkheid van intelligentie) en Eldridge Cleaver‘s Soul on ice (een zwarte man die vrouwen en homo’s haatte).

Er waren geen boeken bij die ik achteraf nu nog zou willen lezen, maar deze essay’s geven een mooi overzicht van een veranderende perceptie op bepaalde problematiek. Sommige boeken zijn hun tijd duidelijk vooruit (Buikhuisen), anderen zouden nu niet meer gepikt worden door de lezers (Cleaver). Maar ze hebben allemaal een ding gemeen, ze zijn allemaal nog verkrijgbaar. De Vries constateert dat boeken relevant blijven, zolang ze ons boos maken. Een heel leuk boek om in de trein te lezen.

 

Read more

Gisteren vroeg iemand me in de kroeg waarom ik zo hield van de Spaanse provincie Extremadura. Ik stond even met mijn mond vol tanden. De bergen, het vlakke  gedeelte? Eigenlijk de stadjes mompelde ik. Stadjes als Trujillo, Alberquerque en  Caceres waar je de sporen vindt van de Conquistadores die rijkdom brachten naar hun geboortestreek, die van oorsprong straatarm was. De reden ook dat ze er weg trokken om hun heil elders te zoeken.

In 1984 woonde ik vier maanden in Madrid, waar ik in de weekeinden diverse busreisjes maakte naar stadjes in Extremadura om de Ruta de la Plata te bekijken. Het was najaar, prachtig weer en ik zal nooit de sfeer vergeten die me toen omringde. De Europese Gemeenschap had nog geen wegennet aangelegd en het toerisme was daar zo goed als afwezig. Alles leegte, stilte, maar ook grote schoonheid. Vooral de eindeloze velden met olijfbomen konden ons erg bekoren. Maar ook het Kersendal in de buurt van ….was net in bloei toen wij er waren.

Tien jaar later probeerde ik met een vriendin van de studie Spaans een reisgidsje in elkaar te zetten omdat we vonden dat toeristen toch moesten weten hoe bijzonder het hier was. We ondernamen een paar reisjes en verzamelden informatie. De ruwe versie van het gidsje ligt nog steeds in een la.

Weer tien jaar later liep ik een paar weken als gids van een journalist mee met een aantal schaapherders,  van Caceres naar de Montes de Leon. Ze waren bij betrokken bij Trashumancia project.

trashumancia pastos.es
2017

URGENTE FINANCIAR LA COMPRA DE UN MILLAR
DE OVEJAS MERINAS TRASHUMANTES

pastora de honor

La conservación de las vías pecuarias como corredores verdes es imprescindible para la conectividad de los ecosistemas y la biodiversidad de nuestra Península Ibérica trashumando por las cañadas, cordeles y veredas, por lo cual la asociación Concejo de la Mesta ha adquirido un rebaño de 1.300 ovejas para el mantenimiento de esta milenaria cultura pastoril mediante la generación de empleos cualificados entre la juventud del Medio Rural.

Puedes hacer tu donativo de 100€/ oveja a la cuenta de la Asociación Trashumancia y Naturaleza 

IBAN: ES11-2048-2025-30-3400029079 (SWIFT/BIC: CECAESMM048)

Más información en el
Tel. 942 700 753 o en  pastores.sinfronteras@pastos.es

Het meest gênante argument dat ik me hier thuis voel is omdat ik me verbeeld dat de vroegere voorouders van mijn moeder hier vandaan zouden kunnen komen. In de tachtigjarige oorlog (1568-1648) zijn nogal wat Spanjaarden achter gebleven  rond Alkmaar, vlak bij De Rijp. Ik stel me voor dat veel

 

 

 

 

Het meest gênante argument dat ik me hier thuis voel is omdat ik me verbeeld dat de vroegere voorouders van mijn moeder hier vandaan zouden kunnen komen. In de tachtigjarige oorlog (1568-1648) zijn nogal wat Spanjaarden achter gebleven  rond Alkmaar, vlak bij De Rijp. Ik stel me voor dat veel Spaanse legermensen werden gerekruteerd uit de arme streken zoals Extremadura (extreem hard, qua land, qua klimaat). Mijn moeder weet te vertellen dat haar voorouders uit Spanje komen. We komen qua genealogisch onderzoek niet verder dan tot die tijd. De Spaanse tak is nog niet achterhaald. Een mooie hobby voor een pensionado, maar ik weet niet of ik er aan toe kom.

Read more

Ik had me heel wat voorgesteld van het voor de Booker Prize genomineerde boek van Ian McGuire Het Noordwater (briljant, verslavend, betoverend).  Ik houd nogal van boeken waarin mensen tot het uiterste worden getest op hun uithoudingsvermogen in extreme omstandigheden. Dit boek over een tocht naar de Noordpool rond 1860, waarin de jonge arts Patrick Sumner aanmonstert als scheepsarts op een tocht die van te voren is verdoemd omdat de kapitein het schip tot zinken zal brengen om verzekeringsgeld te gaan innen, stelde me teleur. Ik denk wel dat het een redelijk beeld geeft hoe het er op de walvisvaart aan toe ging en dat McGuire veel research heeft heeft gedaan.

Als je eenmaal Zuid van Ernest Shackleton hebt gelezen is wordt je altijd teleugesteld. Deze reis in 1913 met het schip De Endurance, die voornamelijk wetenschappelijke doeleinden had, met een bemanning die een uitzonderlijk staaltje van moed en uithoudingsvermogen laat zien door bijna twee jaar te overleven in extreme omstandigheden, staat in schril contrast met een reis die alleen draait om geldelijk gewin.

Het boek van McGuire draait om de gewelddadige harpoenier Drax, tegenover de integere jonge arts, die ontslagen is uit het leger in India waar hij betrokken was bij de strijd van de Britten tegen opstandelingen van het koloniale Engeland. Elke bladzijde is doordrenkt van bloed, pus, stront, etter, rottend walvisvlees, kou, eenzaamheid, ellende. Er is geen enkel lichtpuntje in de stroom van ellende die voorbij trekt. Nee, voorwaar geen pretje om te lezen. Je leest door omdat je wilt weten hoe het afloopt met Patrick.  Hij is uiteindelijk de enige overlevende van de tocht, Ernest Shackleton weet door zijn uitzonderlijk leiderschap, zijn hele bemanning weer veilig terug te brengen.

Read more

In Bibliotheekblad schreef ik al eens eerder over het verschijnsel algoritmen (http://www.bibliotheekblad.nl/nieuws/nieuwsarchief/bericht/1000004445) in de bibliotheekwereld. In 2007 had ik als hoofd collectie, in het vooruitzicht van een grote fusie binnen bibliotheek Alkmaar met omringende gemeenten, een aantal collectieprofielen geschreven. Ik werd niet aangesteld als hoofd collectiezaken in het nieuwe bedrijf, de collectieprofielen verdwenen onder in een la, en na een paar jaar werd de aanschaf gedaan via algoritmen in de computer.

In de Edmund van 23 december staat een artikel over algoritmen en de DE Letteren.Begin 2018 wijst het werkcongres van de Vlaamse Auteursvereniging een sessie aan algoritmen en big data in de literatuur. Ook het Centraal Boekhuis is er mee bezig. Het CB haalde afgelopen jaar drie jonge datascientists binnen om te kijken hoe die kennis ingezet kon worden. Een van de uitkomsten is een trefwoordengenerator, die nu bij het CB wordt gebouwd. De kunst van het maken van zo’n algoritme zit hem in het definiëren van de juiste trefwoorden. Welke trefwoorden komen relatief het meeste voor? Wat zijn het voor woorden, in welke betekenis worden ze gebruikt.

Dat is precies wat we in de tijd dat we nog het beheer over de computer hadden ongeveer deden. Ik hield aan de balie bij welke woorden klanten gebruikten en gaf die door aan het hoofd catalogus, die ze verwekte in de computer. Ook door diepte-indexering van  boeken werd optimaal gemak geboden voor de klanten. Na uitbesteding van de catalogus rond 1995werd die gevuld door mensen achter een bureau, die veel minder zicht hebben hoe mensen vragen en zoeken.

In 2015 liepen in de bibliotheek een paar jongens rond van de UVA die via sensoren iets met data-tracking deden. Ik raakte met ze in gesprek over big data en zei dat ik een beter zicht had op de klanten dan het algoritme (er kwamen veel boeken binnen die ik nooit gekocht zou hebben). Waarschijnlijk is dat nu nog wel zo zei een van hen, maar in de toekomst zal dat niet meer het geval zijn. In het artikel van Wilma de Rek is de eindconclusie ook in die richting ‘De denkkracht van de mens om die technologie toe te passen is de beperkende factor geworden’. Ik ben bang dat die voorspelling uit gaat komen. Daar ga ik nog op terug komen.

Read more